Op pad met de regiopolitie
Op pad met de regiopolitie
Afgelopen nacht was Alex Mink te gast bij de regiopolitie Noord- en Oost-Gelderland in Nunspeet voor een rondje meedraaien op een saaie nachtpatrouille. Het verwachtte actiegehalte viel vies tegen maar de rust bood ruimte voor een kijkje achter de schermen!
Ik ging op pad met Albert Scholten, een inspecteur met 21 dienstjaren en ooit begonnen bij de voormalige Rijkspolitie. Albert is plaatsvervangend teamchef Nunspeet en is als het ware de tweede man bij het politiebureau voor deze gemeente. Tegenwoordig valt Nunspeet onder de enorme politieregio Noord- en Oost-Gelderland: een gebied dat zich uitstrekt van Putten tot Winterswijk, onderverdeeld in een viertal districten.
Deze avond was het wat drukker dan normaal op het politiebureau aangezien er een horecateam actief was. Normaalgesproken is tijdens de avonduren één calamiteitenauto per gemeente - Harderwijk, Apeldoorn en Doetinchem uitgezonderd - beschikbaar, met dien verstande dat Ermelo en Putten een gezamenlijk bureau kennen. Dat brengt ook meteen een pijnpunt naar boven: de chronische onderbezetting in de nachtelijke uren. Assistentie is vaak wel voorhanden maar het duurt vanzelfsprekend een tijdje voordat je als agent bijstand kunt krijgen van je collega's. Dat werd duidelijk tijdens een pitstop op politiebureau Ermelo: twee agenten waren een proces-verbaal aan het uitwerken en waren al anderhalf uur bezig met overwerken terwijl de dienst feitelijk ten einde was. Daarnaast betekent aanwezigheid ook een aanmelding bij de centrale in Apeldoorn, dus bij 112-oproepen moet men het werk onderbreken en de straat op. Gemiddeld is een politieagent maar voor eenderde van zijn werktijd op straat ; de rest van de tijd gaat op aan papierwerk. Ergo: bij de inzet van de calamiteitenwagen moet er elders uit de buurt een wagen paraat gaan staan voor eventuele tussentijdse meldingen.
De extreem rustige nacht bood de gelegenheid om in Elburg een patrouillewagen te halen. Daarnaast mocht ik vanaf een afstandje meeluisteren naar een voorgeleiding van de verdachte aan de hulpofficier van justitie, in dit geval "for the moment" politieagent Albert. De verdachte had een slokje teveel op en was gepakt tijdens een blaastest. De beste man had last van een spijtige dubbele tong want gevraagd naar de reden van zijn ritje met alcohol achter de kiezen kwam er een verontschuldigend verhaal uit: het was niet zo bedoeld en hij had niet nagedacht. Dat is vaker het geval: consequenties van rijden met drank op worden grof onderschat. De gevolgen hiervan zijn verschrikkelijk.
Vervolgens zijn we naar Apeldoorn gereden. In Apeldoorn en Doetinchem worden de arrestanten van het korps in bewaring gesteld. Het komt dus voor dat een calamiteitenauto naar Apeldoorn of Doetinchem moet rijden om daar de arrestant af te leveren. In Apeldoorn zijn 20 cellen beschikbaar, in Doetinchem 15. Als alle cellen bezet zijn moet het korps uitwijken naar de collega's in de buurt: Lelystad, Arnhem, Deventer of Almelo. Daar kan de arrestant maar een korte tijd blijven en de informatie tussen korpsen is soms niet uitwisselbaar waardoor vertragingen ontstaan.
In het arrestantencomplex worden de verdachten verhoord. Zo is er een mogelijkheid tot het afnemen van vingerafdrukken en het maken van een foto, zie het resultaat hieronder:
Over de vermeende luxe van cellencomplexen wist ik al iets. In Apeldoorn lijkt de verblijfplaats van een verdachte al helemaal op Alcatraz: pasjes, massieve stalen hekken en cellen waar elk comfort ontbreekt. De echte raddraaiers mogen beneden - vlakbij de "sluis" - hun roes uitslapen in een cel waar alleen een kaal matras een beetje afleiding biedt. Ondanks de goede zorgen van 12 arrestantenverzorgers is je vrijheid natuurlijk een tijdje weg!
Het bezoekje was wel "historisch": het pand is verouderd en zit vol asbest. Over twee jaar begint de bouw van een nieuw complex.
Vervolgens gingen wij op pad naar het toppunt van de avond: de 112-alarmcentrale Veluwe, Achterhoek en Ijsselstreek. Op de foto een voorbeeld van een centralist in actie: een achtervolging met een gloednieuwe auto nabij Doornspijk. De bestuurder wist te vluchten, zijn passagier werd opgepakt en kwamen wij een uurtje later in Elburg op het bureau tegen. Hij was
op zijn zachtst gezegd niet erg bereid om zijn verhaal te vertellen en verwees graag naar de zaak-Endstra...
Opvallend is de samenwerking binnen de 112-centrale. Ambulance, brandweer en politie hebben een gezamenlijk centrum waar alle binnenkomende 112-meldingen en C2000-verkeer - het interne communicatienetwerk - terechtkomt. De politie heeft daarnaast de beschikbaarheid over een zogenaamd GRIP-nummer: een doorkiesnummer op het mobiele netwerk. De centralist is op die manier ook bereikbaar voor berichten die niet perse over het C2000-kanaal hoeven te gaan.
Elke dienst heeft enkele centralisten beschikbaar die meldingen aannemen, registreren en vervolgens al dan niet hulp verlenen. Na 2 uur 's nachts komen ook de oproepen voor 0900-8844 bij de centrale binnen.
De 112-centrale is echt state-of-the-art ingericht: tot op perceelniveau is een voertuig te volgen en aan te sturen. De gegevens van een melding zijn voor alle diensten beschikbaar en verrichten zijn realtime te volgen.
Op het laatst leek het spannend te worden: een melding! Uiteindelijk bleek dat een meneer zijn auto uit de garage had gehaald. De melder sprak over een onveilige situatie, maar je auto parkeren op het eind van een doodlopend steegje stelt over het algemeen weinig voor. Wellicht was een van de buren het geronk in de nacht zat en besloot hij zijn gram te halen door de regiopolitie te bellen.
Al met al was het een bijzonder vermoeiend én informatief bezoek aan de regiopolitie op de donkere en stille Veluwe.
- Zie ook:
- Redactie