h

Valleilijn aardige investering in OV maar kritische blik is vereist

10 november 2005

Valleilijn aardige investering in OV maar kritische blik is vereist

Op 9 november 2005 zijn Provinciale Staten akkoord gegaan met het voorstel voor de Valleilijn, de nieuwe hoogwaardige busverbinding tussen Ede en Wageningen. De SP juicht het voorstel toe maar heeft, ook na aanname van het voorstel, enkele problemen met het plan.

Vooropgesteld moet worden dat de SP investeringen in goed OV toejuicht. Een goed OV-netwerk is hard nodig. Het houdt voorzieningen bereikbaar en maakt mensen mobiel. Daarnaast kan het Openbaar Vervoer een goede bijdrage leveren aan de kwaliteit van het milieu en vermindert zij problemen die ontstaan door het toenemende autogebruik. Helaas wedt de provincie daarbij soms op de verkeerde paden, zoals marktwerking en grofmazige routes van buslijnen. Ook bij de Valleilijn spelen enkele zaken die volgens ons wel de nodige haken en ogen zullen kennen.

Reizigersgroei
Allereerst de groei van het aantal reizigers met de nieuwe buslijn 88, de bus-tak van de Valleilijn. Momenteel reizen er 5600 reizigers per dag met de huidige lijn 86 (Ede-Wageningen-Arnhem). De provincie gaat uit van 30% reizigersgroei in de komende jaren. Dat is een zeer ambitieuze doelstelling maar niet onhaalbaar. De WUR gaat namelijk haar campus centreren op het Born-complex ten noorden van Wageningen en in Ede zijn er grootschalige ontwikkelingen in het oosten van de stad in de planning.

Onduidelijk is hoe de Valleilijn zich gaat ontwikkelen als we kijken naar deze grote ontwikkelingen in de nabije regio. Het voorstel gaat over de korte termijn tot 2007. Het is goed om te kijken naar het eerste levensjaar van de Valleilijn maar het ontbreken van een droombeeld voor de komende jaren na 2007 is erg jammer.

Rondje WERV
Daarnaast hoopt de SP dat het ooit zal komen tot een Rondje WERV: een doorgaande, snelle en frequent rijdende HOV-buslijn tussen Ede, Wageningen, Rhenen en Veenendaal. Ooit was er sprake van een doorgaande buslijn Ede-Wageningen-Veenendaal maar dit is sinds 1995 verleden tijd. Toch kan een dergelijke buslijn erg veel verbetering brengen voor de huidige OV-reizigers en kan zij een aantrekkelijk alternatief vormen voor de huidige autogebruikers die dagelijks in de spits vaststaan op de hoofdwegen.

Aansluitend busvervoer
Het overige OV komt er in de huidige plannen bekaaid vanaf. Er wordt geen aandacht besteed aan andere aansluitende lijnen die onder de bevoegdheid van Gelderland vallen, zoals de stadsdienst Ede en de aansluitende buslijnen in zowel Wageningen als Ede. Het is goed mogelijk dat de Valleilijn een goede invloed zal hebben op deze buslijnen, andersom geldt dat natuurlijk ook. Immers, voor- en natransport speelt ook een rol en een mooie HOV-verbinding heeft ongetwijfeld reizigersgroei tot gevolg.

Routes en doorstroming
Qua routes zijn er wel de nodige verbeteringen op komst. Zo wordt beinvloeding van verkeerslichten door de buschauffeur - het KAR-systeem - mogelijk gemaakt op de drukke kruispunten. Ook gaat de bus op een vrije baan rijden op het WUR-complex en vanaf het kruispunt Emmalaan/Badweg richting het station in Ede. Hier wordt een busbaan aangelegd zodat lijn 88 aan de zuidkant van station Ede-Wageningen kan halteren en terugrijden. Beide busbanen zijn een goede zaak want dit levert enkele minuten tijdwinst op.

Halteplaatsen
Over de positie van de halteplaatsen zijn wij niet tevreden. In Ede komen er 4 transferpunten. Dat zijn vooral huidige haltes. Enkele haltes worden niet genoemd. De haltes De Reehorst/Emmalaan, Diedenweg en Rembrandlaan behoren hiertoe. Volgens de gemeente Ede worden deze haltes opgeheven. Daar hebben we wel problemen mee. Momenteel worden de genoemde haltes bediend door lijn 85 naar Veenendaal v.v.
Ze liggen daarnaast aan de drukke Tooroplaan en de sociale veiligheid bij deze haltes laat te wensen over. Dat is een veelgehoorde klacht van busreizigers uit de aanliggende wijken. Diezelfde reizigers zijn over het algemeen content met de huidige structuur, waarbij lijn 86 alleen de halte Bovenbuurtweg bediend. In de latere avond is de situatie momenteel wat ongelukkiger, aspecten als de matige verlichting en de looproute worden slecht beoordeeld.

We kunnen akkoord gaan met de opheffing van de halte Reehorst/Emmalaan. Deze wordt nauwelijks gebruikt en er zijn goede vervangende voorzieningen in de buurt. Voor de haltes Diedenweg en Rembrandtlaan geldt dat in mindere mate. Daarnaast botst de opheffing van deze haltes met het streven uit het GVVP (Gemeentelijk Verkeers- en Vervoersplan) waarin vermeld staat dat de ideale situatie een halte per 500 meter binnen de bebouwde kom is. Met de opheffing van de haltes Diedenweg en Rembrandtlaan vervalt deze situatie grotendeels. Veel reizigers uit de achterliggende wijken moeten dan een flink eind lopen. Daarnaast is mogelijke opheffing een oplossing voor een niet bestaand probleem. De huidige bediening voldoet redelijk.

Helaas waren de gedeputeerde, en met haar een meerderheid van de Staten, het niet met ons eens. De genoemde haltes zullen hoogstwaarschijnlijk verdwijnen dankzij de inzet van de gemeente Ede, die heeft aangegeven dat opheffing geen moeite oplevert vanwege het "lage gebruik" van de haltes. Deze zet gaat ongetwijfeld brokken opleveren!

Inrichting transferpunten
Onze negatieve kritiek geldt niet als het gaat om de inrichting van de transferpunten. We hopen op goede aandacht voor de fiets, niet alleen bij het station Ede-Wageningen! Gelukkig geldt dat ook voor het niveau van de reisinformatie. Reizigers krijgen schermen bij de haltes en in de bus waarop de actuele vertrektijden en route wordt vermeld. Dit is een enorme verbetering en wordt hopelijk snel uitgerold tot alle grote haltes en buslijnen op de Veluwe. In Apeldoorn loopt al een proef met de automatische halteomroep in de bus en zoals het er nu naar uitziet wordt deze proef over de hele Veluwe uitgerold, de kleine lijnen uitgezonderd. Hopelijk geldt dit vooral als het gaat om de transferpunten Ziekenhuis Gelderse Vallei en het station in Ede, aangezien daar enkele andere buslijnen stoppen.

Materieel
Met het materieel kunnen wij tevreden zijn. Het profiel van het nieuwe busmaterieel is uitstekend. Wij nemen aan dat capaciteit van deze voertuigen voldoende is om zowel de huidige reizigers als de groei op te vangen. Zoals bekend laat de capaciteit in de piektijden momenteel zeer te wensen over. Daardoor haken er ook reizigers af, wat natuurlijk nooit de bedoeling kan zijn.

De eisen op dit vlak betreffende de overname van treinmaterieel en haar levensduur zijn vreemd te noemen. Qua toelating van nieuw en lichter materieel is het zaak om de ontwikkelingen in de markt af te wachten. Over het algemeen duurt de implementatie van regelgeving in het productieproces redelijk lang. Er speelt ook mee dat de ontwikkeling van treinen ook een proces van lange adem is. De nieuwe vervoerder zal namelijk geen grote aantallen treinen bestellen, tenzij hij elders meedoet aan soortgelijke tenders, en moet zeker de afweging maken tussen kosten en baten. Het is dus zeker geen uitgemaakte zaak dat de Valleilijn bereden zal worden door gloednieuw of “refurbished” materieel.

De concessieduur zal bij aanschaf van nieuw materieel gesteld worden op 15 jaar. Goed onderhouden treinen gaan veel langer mee dan deze termijn. Bij eventueel verlies van een volgende tender voor deze concessie, zal de vervoerder in zijn maag zitten met verouderde treinstellen. De ontwikkelingen bij tenders wijzen er op dat opdrachtgevers immers steeds weer nieuw materieel vereisen of een hogere beoordelingsscore geven aan offertes waarin nieuw materieel is meegenomen. Op termijn zal deze insteek dus afgezwakt worden. Deels is dit gelukkig al onderkend door de verplichting van een eventuele nieuwe vervoerder om het dan rijdende materieel tegen restwaarde over te nemen. Ook die clausule kan zorgen voor problemen die iedereen zelf kan bedenken: de vervoer kan mogelijkerwijs op dat moment inzetten op andere elementen in zijn offerte dan het rijden met recent materieel. En botst deze clausule niet met een eventuele scorebepaling waarin het nodige gewicht wordt gegeven aan nieuw materieel dat geoffreerd wordt?

Lijn 83 wordt 86
De voorgestelde omnummering en de switch van lijn 83 naar lijn 86 zijn in orde. Het is een goede zaak dat de doorgaande busverbinding Ede-Arnhem in gewijzigde vorm blijft bestaan. Wel zijn er minpunten v.w.b. de verstrekte informatie: houdt deze nieuwe lijn 86 haar huidige route, de nieuwe route via Bennekom buiten beschouwing gelaten? Hoe zit het met de aansluitingen op het overige OV en dan met name de nieuwe lijn 88? Wordt er voldoende marketing gemaakt voor de nieuwe en ingrijpende situatie? Heeft dit niet teveel effecten op de huidige reizigersaantallen? Blijven de huidige frequenties en rijtijden van lijn 83 op een vergelijkbaar niveau bij deze nieuwe lijn 86? Vragen die we komende zomer, wanneer dit alles moet gaan plaatsvinden, zeker beantwoord willen zien.

Lijn 105
Over het verdwijnen van lijn 105 zijn we erg duidelijk: liever niet! Toch blijft de meerderheid en de gedeputeerde vasthouden aan de opheffing van buslijn 105 tussen Ede en Barneveld. Deze buslijn wordt, zoals nu op zondag het geval is, ingekort tot het traject Barneveld, station Centrum - Harderwijk, station. De bediening van Barneveld-zuid, Lunteren en een fors deel van Ede wordt daarmee stukken slechter. In Ede valt de klap op te vangen door de stadsdienst, maar in Lunteren rijdt dan geen buslijn meer richting Ede. Recentelijk vroegen wij aandacht voor deze kwestie via schriftelijke vragen. Toch blijft men voet bij stuk houden waardoor, zoals het er nu naar uitziet, lijn 105 definitief wordt ingekort ten gunste van de verbeterde treinverbinding Ede-Amersfoort van Connexxion. Het lijkt erop dat zelfs het bespreekbaar maken van een alternatief in de vorm van een spitsbus Ede-Lunteren onmogelijk lijkt, dit tot onze grote spijt.

U bent hier