h

De boer op met de Statenfractie

7 februari 2006

De boer op met de Statenfractie

Woensdag 1 februari zijn onze Statenleden Agnes Lewe en Toine van Bergen samen met de steunfractie en Harry Voss van het MilieuAlarmteam op werkbezoek geweest bij twee Gelderse boeren en het Plattelandshuis Zelhem. Dit in het kader van plannen om de biologische landbouw in Gelderland te stimuleren. Dat blijkt een moeilijker verhaal dan het op het eerste gezicht lijkt.

De SP-fractie in de Gelderse Staten wil dat onze provincie ‘Nederlands Kampioen’ biologische landbouw wordt, met de snelste groei van de biologische sector en het hoogste aandeel biologische boeren van alle provincies. Op dit moment bevindt Gelderland zich in de middenmoot met rond de 2% biologische landbouw. Flevoland is koploper, met in sommige landbouwsectoren meer dan 5% biologisch.

Een sympathiek plan, maar natuurlijk hoor je als SP dan bij ter zake kundige achterban langs te gaan om te zien of dat haalbaar is. Woensdag hebben we onze vuurdoop beleefd, en de meningen gepolst van een biologische boer met een gemengd bedrijf, een gangbare melkveehouder en een deskundige op het gebied van subsidies van het Plattelandshuis Zelhem. Een en ander moet namelijk ook gefinancierd worden.

De landbouw heeft het in Nederland niet gemakkelijk. Grond is duur, kwaliteitseisen zijn hoog waardoor de kostprijs van een Nederlands produkt hoog is in vergelijking met produkten uit veel andere landen, en de prijs die de boeren voor hun produkt ontvangen is laag. De Europese landbouwpolitiek heeft zich vele decennia gericht op produktieverhoging, en dit alles tezamen heeft in Nederland geleid tot een zeer sterke intensivering van de landbouw. Ook nu moet een boerenbedrijf nog met de molen mee, en blijven groeien en intensiveren om de concurrentie aan te kunnen. Dit legt een enorme druk op de sector: dagelijks stoppen in Nederland zo’n 11 boerenbedrijven.

De gangbare boer kampt met een slecht imago. De intensieve veehouderij is vervuilend en dier-onvriendelijk. Vanwege stankoverlast en problemen met de emissie van nutrienten vlakbij natuurgebieden wil de provincie bedrijven verplaatsen, maar dat blijkt in de praktijk haast niet te realiseren wegens ruimtegebrek, en omdat de gemeenten waar de bedrijven naartoe gaan nogal eens bezwaar maken. Het dier-onvriendelijke imago is volgens de melkveehouder onterecht: juist op een intensief bedrijf is er 24 uur per dag aandacht voor de dieren. De stallen worden goed schoon gehouden en het melken gebeurt op zeer hygienische wijze.

De biologische boer maakt te weinig winst in het huidige economische systeem. Voor een biologische teelt is veel arbeidskracht nodig tegen een lagere produktie. Daarnaast is de Nederlandse consument heel erg prijsbewust: er wordt vooral gelet op de portemonnee. Het duurdere biologische produkt legt het bij de meeste consumenten dan af tegen het gangbare. Supermarkten presenteren het biologische produkt voor een luxe nichemarkt en houden zo de prijzen nog eens extra hoog. Tegen deze voorwaarden is er voor biologische produkten een marktaandeel van 7 a 8% in Nederland. Er zit te weinig groei aan de vraagkant om 10% biologisch in 2010 te realiseren.

Opvallend is de grote gelijkenis tussen de problematiek van beide typen landbouw: hoge kostprijs, strenge eisen, lage winst. Ook wijzen beide boeren op de enorme bureaucratie die wordt losgelaten op het boerenbedrijf. Stapels papier moeten er worden ingevuld voor de mineralenboekhouding. Nederland is het ‘braafste jongetje van de klas’ in Europa, en stelt te strenge eisen aan mineralenuitstoot. Het bestemmingsplan is op de centimeter nauwkeurig. We willen zo veel tegelijk op zo’n klein stukje grond, en de boer lijkt daar de dupe van te worden.
En wat kunnen wij doen als Statenfractie? Helpen met betere afzetkanalen te vinden voor biologische produkten, en de consument veel beter voorlichten over wat hij nou eigenlijk koopt. De gangbare boer kunnen we helpen door de bureaucratische last te verminderen: afspraken met gemeenten over de bestemmingsplannen moeten eenduidiger worden.

Het vraagstuk is hiermee nog lang niet opgelost. De weg naar de Kampioenstitel is nog heel lang. Daarom gaat de fractie nog wel vaker de boer op. Kampioen word je tenslotte samen.

Een fotoreportage van het werkbezoek

U bent hier