Gelderland

SP-Kamerlid Remi Poppe vindt dat minister Eurlings de medewerkers die in 1999 en 2000 betrokken waren bij de werkzaamheden aan de Rijnbrug bij Heteren een zwart op wit verklaring moet geven dat zij, geheel tegen alle regels in, zonder waarschuwing met en in asbest hebben gewerkt. Poppe: “Dat Rijkswaterstaat op de hoogte was dat er asbest in de pijlers zat, en dit niet meldde aan de aannemer is al erg genoeg. Dat zij nu al hun neus proberen te drukken voor een eventuele schadevergoeding wanneer deze mensen getroffen worden door een asbestziekte is ronduit schandalig.”

Uit documentatie en correspondentie van Rijkswaterstaat blijkt dat het ministerie op de hoogte was van aanwezigheid van asbest in de Rijnbrug. Dit is echter niet gemeld aan de aannemers die de brug renoveerden. Die stuurden in 1999 en 2000 zo’n 60 medewerkers de brugpijlers in zonder beschermingsmiddelen. Rijkswaterstaat zegt nu alleen te schade te vergoeden als de werknemers het verband kunnen aantonen tussen de kanker en de blootstelling aan asbestvezels in de Rijnbrug. ‘Een onmogelijke opgave natuurlijk', zegt Poppe. ‘Ik verwacht van de minister dat hij de ernstige fout erkend en de werknemers een verklaring geeft hoe en wanneer ze mogelijk met asbest in aanraking zijn gekomen. Dat is wel het minste om deze ernstige overtreding van eigen regels goed te maken.”

De gevolgen van werken met asbest kunnen zich soms pas tientallen jaren later manifesteren. Een asbestverklaring is dan van groot belang als blijkt dat mensen een ernstige asbestziekte hebben opgelopen en schadevergoeding willen krijgen.

Poppe wil ook opheldering van minister Eurlings van Verkeer en Waterstaat over het verzwijgen van asbestgevaar voor medewerkers die aan de Rijnbrug bij Heteren hebben gewerkt. Poppe: "Een schandalige gang van zaken. Ik wil van de minister horen hoe dit kon gebeuren. Dit kan niet zonder consequenties voor de verantwoordelijken blijven."

Dossier Asbest SP landelijk