h

Antwoorden van het college van GS over het ambulancevervoer teleurstellend

21 december 2011

Antwoorden van het college van GS over het ambulancevervoer teleurstellend

Het college heeft onlangs gereageerd op de vragen die vanuit de SP-fractie door statenlid Peter Lucassen. Het college betreurt de incidenten waarbij ambulances niet de plaats van bestemming konden vinden. Maar het college is niet van plan om hier actie op te ondernemen, om dat het volgens het college slechts incidenten zijn.

Peter Lucassen: "Dit zijn voor de SP-fractie teleurstellende antwoorden. Het zijn incidenten die weliswaar over een langere periode hebben plaats gevonden. Maar daarom zijn het nog wel gebeurtenissen die potentieel slachtoffers hadden kunnen kosten. En daar hoort een strikt toezicht bij. Het college is niet van plan actie te ondernemen, temeer omdat het stelt dat de incidenten niet te wijten zijn aan verouderd kaartenmateriaal. Maar als het daar niet aan ligt, dan is meteen de volgende vraag waaraan de incidenten wel wijten zijn. Het college komt in de beantwoording niet verder dan de opmerking dat de incidenten te wijten zijn aan specifieke technische oorzaken."

Wat de SP-fractie betreft maakt het college zich met dit antwoord te gemakkelijk van haar verantwoordelijkheid af. Binnenkort zal de SP er het college verder op ondervragen.

Beantwoording van de vragen:

1. Hoe kijkt het college van GS aan tegen de door omroep Gelderland gerapporteerde incidenten van ambulances die o.a. in Wageningen, Winterswijk, Putten, Hoevelaken en Teuge leidden tot een vertraagde aankomst door een haperende navigatie?

Antwoord 1
Wij betreuren uiteraard dergelijke incidenten. Uit contacten met de ambulancevervoerders is ons gebleken dat dergelijke incidenten zich slechts sporadisch voordoen. De door u bedoelde incidenten hebben dan ook betrekking op een periode van enkele jaren. Incidenten als deze worden door de ambulancevervoerders uiterst serieus genomen en geanalyseerd en waar mogelijk worden maatregelen genomen om herhaling te voorkomen. Het is gebruikelijk dat melding van het incident plaatsvindt bij de Inspectie Gezondheidszorg, die vervolgens de eventueel noodzakelijke acties onderneemt.

2. Wat gaat het college van GS - als toezichthouder van de ambulancevoorziening, zeker zo lang het die verantwoordelijkheid nog heeft - doen aan de gesignaleerde misstanden die waarschijnlijk te wijten zijn aan verouderd kaartenmateriaal?

Antwoord 2
De provinciale verantwoordelijkheid ten aanzien van ambulancevervoer beperkt zich tot vergunningverlening en de spreiding van ambulanceposten. Ten aanzien van de kwaliteit van de ambulancevoorziening is de Inspectie Gezondheidszorg het toezicht houdende orgaan. Wel monitoren
wij periodiek de prestaties voor zover het de aanrijtijden betreft.
Wij hebben echter op grond van het huidige wettelijke kader geen andere formele sturingsmogelijkheid dan het intrekken van de vergunning. Dit vormt een uiterste middel dat slechts in geval van grove nalatigheid kan worden ingezet. Uit informatie van de ambulancevervoerders is ons gebleken dat de incidenten niet te wijten zijn aan het gebruik van verouderd kaartenmateriaal, noch aan falende navigatiesystemen, maar per geval specifieke technische oorzaken kennen. Van belang is dat steeds passende verbetermaatregelen worden genomen om herhaling te voorkomen. Door de directe betrokkenheid van de Inspectie Gezondheidszorg is sprake van een effectief toezicht hierop.

3. Op welke wijze gaat het college van GS toezien op de kwaliteit van de ambulance-organisaties op het punt van het uitvoeren van de noodzakelijke updates?

Antwoord 3
In directe zin zien wij hierin geen provinciale verantwoordelijkheid (zie ook onze beantwoording van de vorige vraag). Ook is er geen noodzaak de ambulancevervoerders te overtuigen van het belang van het gebruik van de meest actuele navigatiegegevens. Zij zijn hier ten volle van overtuigd en gebruiken geavanceerde systemen die frequent worden geüpdatet. Zo staan zij in voortdurend contact met de wegbeheerders, waardoor bijvoorbeeld ook tijdelijk gewijzigde situaties, zoals wegafsluitingen, in de navigatiesystemen actueel zijn.

4. Hoe verhoudt deze kwestie zich tot de al veel langer bestaande tekortkoming dat ambulances in een van de 3 Gelderse regio’s niet de norm voor aanrijtijden haalt?

Antwoord 4
Zoals u al aangeeft, betreft het hier incidenten die ieder op zich uiteraard zeer te betreuren zijn, maar kwantitatief een verwaarloosbaar effect hebben op het percentage aanrijtijden binnen de norm van 15 minuten.

5. Wat gaat het college van GS ondernemen om de aanrijdtijden in deze regio te verbeteren?

Antwoord 5
Zoals u bekend is, hebben wij de afgelopen drie jaar middels de pilot prestatieverbetering ambulancevervoer ingezet op verbetering van de aanrijtijden. Deze inzet heeft in alle drie de regio's geleid tot een verbetering van de prestaties. Wij blijven alert toezien op het adequaat functioneren van de ambulancevoorzieningen, maar voorzien in afwachting van de toegezegde spoedige inwerkingtreding van de Tijdelijke wet ambulancezorg (streefdatum is volgens het Ministerie van VWS 1 januari 2012, waarmee ambulancevervoer een rijksverantwoordelijkheid wordt) geen nadere specifieke activiteiten onzerzijds.

U bent hier