h

SP blijft sceptisch over samenwerking Vitens in China

14 oktober 2010

SP blijft sceptisch over samenwerking Vitens in China

De provincie Gelderland heeft geen problemen met investeringen door waterbedrijf Vitens in China. Klanten worden voldoende beschermd en het gaat om activiteiten die bijdragen aan de millenniumdoelen voor toegang tot schoon water. De SP blijft kritisch over de werkzaamheden van Vitens in China.

Uit een artikel in dagblad De Pers van 23 juni j.l. bleek dat Vitens tijdens de World Expo in Shanghai contacten heeft gelegd met een Chinees waterleidingbedrijf uit Zhengzhou. Het dagelijks provinciebestuur is met deze activiteiten bekend. Er is volgens hen geen sprake van een contract met dit waterleidingbedrijf. Evenmin lopen klanten risico’s, omdat de activiteiten via VEI, een apart bedrijf, verlopen en worden betaald uit de 1 miljoen euro die het bedrijf jaarlijks van Vitens krijgt. Er is ook geen sprake van activiteiten die gericht zijn op winst.
Het waterleidingbedrijf uit Zhengzhou betaalt de kostprijs van de inzet van VEI.

SP-statenlid Alex Mink blijft kritisch over deze buitenlandse samenwerking: “Vitens mag 1% van haar omzet in ontwikkelingssamenwerking steken. Die hulp ging vooral naar Afrikaanse landen, waar mensen nauwelijks toegang hebben tot schoon, veilig en betaalbaar water. Het is prima dat meer mensen toegang tot water krijgen, maar deze samenwerking gaat vooral over industrieel afvalwater en technologie waarin China vaak veel verder is dan Nederland. Ik zie nog niet helemaal in wat de activiteiten in Zhengzhou daaraan bijdragen. Wij blijven deze zaak volgen want we willen duidelijke resultaten van deze werkzaamheden in China zien”.

Lees hieronder de beantwoording van de vragen zoals die door de SP gesteld zijn

Beantwoording schriftelijke Statenvragen statenlid R. Mink (SP) over Commerciële activiteiten van Vitens in China

Algemene reactie vooraf
Vitens-Evides International is een samenwerkingsverband tussen de twee grootste Nederlandse drinkwaterbedrijven Evides en Vitens. Hiertoe hebben genoemde bedrijven een afzonderlijke entiteit opgericht.
VEI beoogt wereldwijd bij te dragen aan het terugdringen van het aantal mensen dat geen toegang heeft tot betrouwbaar drinkwater en sanitatie. Daarbij zijn de activiteiten van VEI beperkt tot landen die vallen onder de Millennium Doelstellingen van de Verenigde Naties. Dit is vastgelegd in de statuten van het bedrijf.
De reden waarom VEI actief is in China vindt mede z’n oorsprong in het feit dat China wereldwijd het grootste aantal mensen heeft zonder toegang tot betrouwbaar drinkwater en sanitatie. Dit valt dan ook onder de Millennium Development Goals op het gebied van drinkwater. Daarom past het binnen de missie van het bedrijf om samen te werken aan het verbeteren van de drinkwatervoorzieningen in het land.

Vraag 1:
Volgens het genoemde artikel1 heeft VEI contacten gelegd tijdens de World Expo in Shanghai. De desbetreffende activiteit, de Holland Water Week, werd door de provincie Zuid-Holland opgezet en had als doel om de contacten tussen waterbedrijven uit Nederland en China te versterken. VEI tekende een contract met een waterbedrijf uit Zhengzhou. In hoeverre is het college bekend met deze activiteiten?
Antwoord:
Ons college is bekend met de activiteiten. Dat er sprake zou zijn van een contract is volgens verkregen informatie van Vitens niet juist. Met het waterbedrijf uit Zhengzhou is door de VEI een intentieverklaring getekend. Deze intentieverklaring houdt niet meer in dan de bereidwilligheid van beide bedrijven om de mogelijkheden van samenwerking te verkennen op het gebied van uitwisseling van kennis.

Vraag 2:
Beschikt u over informatie over de aard en omvang (in euro’s en als percentage van de omzet) van de buitenlandse activiteiten van VEI en de mate waarin Vitens risico in deze onderneming draagt?
Antwoord:
De activiteiten van VEI zijn ondergebracht in een aparte juridische entiteit. VEI legt in haar jaarverslag en jaarrekening verantwoording af over haar activiteiten. Daarmee wordt inzicht geboden in aard en omvang van die werkzaamheden. Als aandeelhouder van Vitens ontvangen wij het jaarverslag en de jaarrekening van VEI.
Vitens draagt in de activiteiten van VEI geen groter risico dan het beperkte bedrag dat zij initieel bij de oprichting van VEI heeft gestort en hetgeen zij jaarlijks aan VEI ter beschikking stelt (€ 1 miljoen in 2010). De activiteiten van VEI beperken zich, zoals hiervoor gememoreerd tot landen die vallen onder de Millennium Doelstellingen van de Verenigde Naties. Dit is vastgelegd in de statuten van het bedrijf.

Vraag 3:
Hoe verhouden deze activiteiten zich tot artikel 7 lid 4 van de Drinkwaterwet en de richtlijn dat hooguit 1% van de omzet via buitenlandse activiteiten mag worden behaald en deze omzet bovendien een relatie dient te hebben met de uitvoering van het WASH-akkoord in het kader van de Millenniumdoelen van de VN, die tevens is neergelegd in de beleidsbrief van de minister van VROM2, dus niet mag komen uit puur commerciële activiteiten? Ik wijs daarbij ook op het standpunt van de minister van VROM dat de invulling van de 1%-regel aan de publieke aandeelhouders wordt overgelaten3.
Antwoord:
Allereerst merken wij op dat in de Drinkwaterwet niet is bepaald dat 1% van de omzet in het buitenland mag worden gehaald, maar dat 1% van de in Nederland behaalde omzet ter beschikking mag worden gesteld van buitenlandse activiteiten. Anders dan in Afrika kunnen Chinese overheidsbedrijven echter zelf betalen voor het tijdelijk inzetten van Nederlandse collega's om de drinkwatervoorziening te verbeteren. De intentieovereenkomst met Zhengzou is dus geen ontwikkelingssamenwerking, zoals in veel Afrikaanse landen, maar een partnerschap tussen twee publieke bedrijven om samen te werken in het verbeteren van drinkwater- en sanitatie voorzieningen in China. Daarbij betaalt het waterbedrijf uit Zhengzou alleen de kostprijs. Er wordt niet verdiend aan de samenwerking, noch wordt er geld van de gebonden klanten aan besteed.

Vraag 4:
Is het college bereid om toezicht te houden op de naleving van de norm als genoemd in vraag 3 vanuit haar taak als vertegenwoordiger van de aandeelhouder provincie Gelderland? Zo nee, waarom niet?
Antwoord:
Ja.

Vraag 5:
Indien het college niet bereid is om toezicht te houden op de norm als genoemd in vraag 3 acht het college het dan aanvaardbaar dat financiële belangen prevaleren boven publieke en wettelijke belangen die waterbedrijven dienen te borgen?
Antwoord:
Gelet op het antwoord op vraag 4 is de relevantie van de vraag komen te vervallen.

Vraag 6:
De betrokken bedrijven stellen dat de commerciële activiteiten vennootschappelijk en boekhoudkundig van elkaar zijn gescheiden. Deelt het college deze mening? Is het college het met ons eens dat deze activiteiten discutabel zijn in het licht van de publieke en wettelijke taken van de drinkwaterbedrijven en eigenlijk niet goed kunnen worden gescheiden van de publieke tak van Vitens?
Antwoord:
Ons college deelt de mening van de betrokken bedrijven dat zij hun overige activiteiten vennootschappelijk en boekhoudkundig hebben gescheiden van hun publieke taken. Dat geldt ook voor de activiteiten van VEI. Wij achten de activiteiten niet discutabel in het licht van de publieke en wettelijke taken van de drinkwaterbedrijven. De Drinkwaterwet laat ook uitdrukkelijk de ruimte aan deze bedrijven om andere taken uit te voeren mits aan de voorwaarde van bescherming van de gebonden klant tegen de risico’s van dergelijke activiteiten is voldaan.

Vraag 7:
In hoeverre lopen klanten uiteindelijk het risico dat zij moeten meebetalen aan tekorten binnen VEI?
Antwoord:
Onder verwijzing naar de voorafgaande beantwoording lopen klanten geen enkel risico dat zij moeten betalen voor tekorten van VEI. De activiteiten van VEI zijn ondergebracht is een aparte juridische entiteit en VEI geeft uitsluitend uit wat zij ter beschikking heeft en gaat geen leningen aan. Bovendien is het ook goed de bedragen die binnen Vitens gemoeid zijn met de activiteiten van VEI in het juiste perspectief te zien. Vitens stelt momenteel een gelimiteerd bedrag van 0,2 % van de omzet ter beschikking aan VEI. De investeringen worden gedaan door de Wereldbank en andere ontwikkelingsbanken.

Gedeputeerde Staten van Gelderland
J.J.W. Esmeijer - plv. Commissaris van de Koningin
C. Volp - plv. secretaris

U bent hier