h

De provincie ligt in de clinch met zichzelf

17 april 2006

De provincie ligt in de clinch met zichzelf

Het is iedereen bekend: de SP vindt dat de huidige provincies beter vervangen kunnen worden door kleinere regionale besturen met een door de bevolking gekozen raad en een door deze raad gekozen regio-burgemeester. Een regionaal bestuur staat dichter bij de bevolking, heeft meer kijk op regionale ontwikkelingen en kan minder bureaucratisch te werk gaan. Het gekke is dat provinciebestuurders eigenlijk hetzelfde vinden als de SP.
Alleen durven ze de knoop niet door te hakken en zich zelf op te heffen en doen daarom heel moeilijk.

Een heuse commissie onder leiding van oud-staatssecretaris Hans Simons heeft al in 2002 voorstellen gedaan “hoe de provincies op regionaal niveau hun bijdrage kunnen leveren aan een sluitend en samenhangend sociaal beleid zodat de effectiviteit van het beleid van de provincies op sociaal terrein vergroot wordt. De commissie pleit voor een integrale en gebiedsgerichte manier van werken om zo de afstemming tussen de vraag van burgers, gemeenten en de (door de schaalvergroting vaak boven lokale) instellingen te bevorderen”.

In Gelderland heeft dit ertoe geleid dat op alle mogelijke beleidsterreinen ingewikkelde constructies worden bedacht om samenwerkingsverbanden van gemeenten (de zogenaamde WGR-regio's) mee te laten beslissen over de inzet van middelen in hun regio. Het probleem is dat de WGR-regio’s bestuurd worden door afgevaardigden van gemeentebesturen, meestal een wethouder of burgemeester en dat de democratische controle daardoor heel erg zwak is. Volgens ons is dat per definitie een slechte zaak.

Op de Statenvergadering van 12 april j.l. waren de Regionale Uitvoeringsprogramma’s (RUPs) aan de orde. Dat is ook zo’n constructie waarmee de provincie op regionaal niveau bezig wil zijn. Er kwam een grote zak geld op tafel: 30 miljoen euro! De regio’s kregen wat voorstellen voorgelegd van regionale projecten die de provincie wel wat leken op het gebied van ruimtelijke ordening, water en infrastructuur. De gemeentelijke samenwerkingsverbanden mochten daaruit kiezen, maar mochten ook zelf projecten aandragen en vooruit, welzijn en cultuur mochten er ook bij.

En wat te verwachten was gebeurde ook. De regionale bestuurders stortten zich op de grote grabbelton. Waar de één kans zag een lang gekoesterd plan als de renovatie van de Ermelose Molen eindelijk te financieren, wil de ander het geld stoppen in beken en waterlopen, een schouwburg of de N18. En als klap op de vuurpijl vraagt de regio KAN 9 miljoen (een derde van het geld) voor de co-financiering van het Rijnboogproject van de gemeente Arnhem.

Het college van GS vond het allemaal goed, maar met name het laatste ging zelfs de collegepartijen in de staten te ver. De kritiek kwam van alle kanten en was niet mals: gemeenteraden waren niet betrokken bij de ontwikkeling van de meeste voorstellen, het geld was te onevenwichtig verdeeld over de regio’s en sommige voorstellen hadden helemaal geen betekenis voor een regio maar waren puur gemeentelijk, zoals Rijnboog. En daar was dit geld dus helemaal niet voor bedoeld.

Een motie van de ChristenUnie en GroenLinks om de behandeling van het voorstel op te schorten werd breed gesteund. Gemeenteraden krijgen de tijd zich over de projectvoorstellen te buigen en eventueel wijzigingen voor te stellen. In juni zullen de staten dan de voorstellen opnieuw bespreken. De SP heeft dit voorstel gesteund. Maar voor ons is dit vooral het zoveelste bewijs, dat de provincie in haar huidige vorm niet voldoet.

Rijnboog voorlopig zonder steun van de provincie

U bent hier