h

Aantal ‘zorgkinderen’ in jeugdgevangenissen blijft geheim

8 september 2008

Aantal ‘zorgkinderen’ in jeugdgevangenissen blijft geheim

Uit antwoord op schriftelijke vragen van de SP blijkt dat ook in Gelderland ‘zorgkinderen’ in jeugdgevangenissen zitten. Hoeveel het er zijn blijft echter geheim.

Niet de provincie, niet het Nederlandse Jeugdinstituut, niemand weet hoeveel kinderen ontrecht in een jeugdgevangenis zitten omdat er een gebrek is aan voldoende crisis- en gesloten jeugdzorgplaatsen en door lange wachtlijsten. Wel is uit antwoord op schriftelijke vragen van de SP duidelijk geworden dat ook in Gelderland jongeren onterecht worden onderworpen aan een gevangenisregime. De SP vind het onacceptabel dat kinderen in deze situatie terechtkomen terwijl ze juist hulp en zorg nodig hebben.

De provincie geeft in haar antwoorden aan uiterlijk eind 2009 een goed beeld te willen hebben. Er wordt gewerkt aan een grotere capaciteit binnen de gesloten jeugdzorg. Een groot deel van deze capaciteit is momenteel in Gelderland gevestigd.

Hieronder de door de SP gestelde vragen en de antwoorden van het college:

Ingevolge het bepaalde in artikel 42 van het Reglement van Orde van Provinciale Staten doen wij u hieronder het antwoord van ons college op de vragen van het Statenlid E.H. van Kaathoven (SP) toekomen.

Inleiding
Afgelopen maanden is onder andere in de media veelvuldig de kwestie aan bod geweest van kinderen die onterecht in een justitiële jeugdinrichting worden geplaatst. De oorzaak hiervan is een gebrek aan voldoende crisis- en gesloten jeugdzorgplaatsen. Dat, gecombineerd met lange wachtlijsten maakt dat in Nederland ruim duizend jongeren onterecht worden onderworpen aan een gevangenisregime. De SP vindt het onacceptabel dat kinderen in deze situatie terechtkomen terwijl ze juist hulp en zorg nodig hebben. Naar aanleiding van het vorenstaande wil de SP-fractie antwoord op de volgende vragen.

Vraag 1:
Komen deze gevallen ook in onze provincie voor? Zo ja, om hoeveel gevallen is het het afgelopen jaar gegaan? En om hoeveel gevallen gaat het op dit moment?

Antwoord:
Ja, het komt ook in Gelderland voor dat kinderen met een civielrechtelijke machtiging geplaatst worden in een justitiële jeugdinrichting. Het is onduidelijk om hoeveel jongeren het het afgelopen jaar is gegaan en om hoeveel jongeren het op dit moment gaat. Uit navraag bij de Dienst Justitiële Inrichtingen is gebleken dat zij deze gegevens niet beschikbaar willen stellen. Deze problematiek is aangekaart bij de minister van Justitie, de heer E. Hirsch Ballin. Zowel het Nederlands Jeugd Instituut als het Centraal Bureau voor Statistiek beschikken niet over informatie met betrekking tot aantallen. Gesloten jeugdzorg is een verantwoordelijkheid van het Programmaministerie Jeugd & Gezin. Het is de bedoeling dat deze verantwoordelijkheid per januari 2013 overgedragen wordt aan de provincies. De ombouw van een deel van de justitiële jeugdinrichtingcapaciteit naar gesloten jeugdzorg is nog niet volledig afgerond. Wij willen uiterlijk in 2009 een volledig beeld hebben om, met het Rijk, tot een goed overzicht te komen van de vraag en het beschikbare aanbod voor Gelderse jongeren.

Vraag 2:
Vindt het college van Gedeputeerde Staten het acceptabel dat kinderen die zorg nodig hebben in jeugdgevangenissen terecht komen?

Antwoord:
Wij zijn van mening dat jongeren met een civielrechtelijke machtiging in een voor hen juiste behandelsetting moeten worden opgenomen. Plaatsing in een justitiële jeugdinrichting is alleen acceptabel in de overgangsperiode, daarin voorziet de wetswijziging die per 1 januari 2008 is ingegaan. Vóór 1 januari 2008 werden er twee verschillende categorieën jongeren met een ernstige gedragsstoornis geplaatst: namelijk jongeren met een strafrechtelijke veroordeling en jongeren met een civielrechtelijke machtiging. Tot voor kort was het verboden om jongeren in een gesloten setting binnen de geïndiceerde jeugdzorg te behandelen. Door de Tweede Kamer, jongeren en ouders is erop aangedrongen om beide groepen jongeren gescheiden te plaatsen. Per 1 januari 2008 is er een begin gemaakt met de scheiding in de opvang van deze twee groepen door de overheveling van capaciteit van de justitiële jeugdinrichtingen naar de gesloten jeugdzorg.
Tijdens een overgangsperiode van twee jaar (2008-2010) wordt de capaciteit van de gesloten jeugdzorg gefaseerd opgebouwd. Jeugdigen kunnen in deze periode zowel in de gesloten Jeugdzorg als in een justitiële jeugdinrichting worden geplaatst. De Bureaus Jeugdzorg en de Dienst Justitiële inrichtingen, die tot 2010 de plaatsing verzorgt, hebben afspraken gemaakt over wélke jongeren met voorrang in de gesloten jeugdzorg komen. De meest kwetsbare jongeren komen het eerste in aanmerking voor een plek in de gesloten jeugdzorg. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om kinderen jonger dan twaalf jaar of slachtoffers van gedwongen prostitutie.

Vraag 3:
Wat heeft het college van Gedeputeerde Staten gedaan om te voorkomen dat situaties zoals hiervoren omschreven ontstaan?

Antwoord:
In het Beleidskader jeugd 2009-2012 is aangegeven dat de herverdeling en planning van gesloten jeugdzorg (boven)provinciaal worden geregeld. ondanks dat een groot deel van de gesloten jeugdzorgcapaciteit is gevestigd op Gelderse locaties, geldt het tekort aan plaatsen ook voor Gelderse kinderen. De in Gelderland gevestigde capaciteit wordt namelijk voor een groot deel door kinderen uit andere provincies gebruikt. Wij zien een belangrijke opgave na te gaan of het proces van herverdeling en planning van de gesloten jeugdzorg naar de provincie kan worden versneld. Wij werken hierbij samen met de provincies Overijssel en Flevoland.
Daarnaast zijn wij mede-initiatiefnemer dan wel cofinancier van een aantal experimenten om alternatieven te vinden voor plaatsing in een justitiële jeugdinrichting. Het gaat om Multidimensional Treatment Foster Care (MTFC), Jeugdzorg+ en het Moeder kindhuis. Overigens behoeven ook minderjarigen met een strafrechtelijke machtiging goede zorg en hulp tijdens hun verblijf in een justitiële jeugdinrichting. Adequate begeleiding gericht op hun leven na het verblijf in de inrichting is hierbij uiteraard ook van groot belang.

Vraag 4:
Wat gaat het college nog ondernemen om ervoor te zorgen dat eventuele bestaande gevallen zo snel mogelijk opgelost gaan worden en nieuwe gevallen voorkomen worden? Nadrukkelijk vragen wij bij het antwoord te betrekken de eventuele acties die u richting minister Rouvoet gaat
ondernemen.

Antwoord:
Wij verwijzen naar de antwoorden op de vragen 2 en 3. Aanvullend kunnen wij hierover melden dat, samen met betrokken partijen zoals het Rijk, gezocht wordt naar passende oplossingen voor de geschetste problematiek. Het onderwerp staat ook op de agenda van het bestuurlijke overleg tussen de provincies en het Rijk. Uitgangspunt is een doorlopende hulplijn waardoor kinderen vanuit een gesloten setting zo snel mogelijk regulier geplaatst kunnen worden. En wanneer nodig, ook (tijdelijk) kunnen terugvallen op gesloten plaatsing. Wij merken in dit verband op dat gezien de positie van de provincie, wij hierbij niet kunnen en willen sturen op individuele casussen.

Gedeputeerde Staten van Gelderland

Vragen over zorgkinderen in jeugdinrichtingen

U bent hier